C O L U M N
De Baixa, Lissabons wijk die sinds de grote aardbeving van 1755 een Manhattanachtig stratenplan bezit, kent nog tal van ouderwetse lunch annex tearooms. Je kunt er allerlei heerlijks kopen om mee te nemen, of ter plekke op het daartoe passende middaguur, net als de Engelsen, maar ook als de Portugezen die veel Britse eigenaardigheden vertonen met een kop thee te nuttigen. Teveel thee betekent onherroepelijk dat het vocht ook weer afgevoerd moet worden. Ik begaf me dus naar de toiletten. Op zich geen bijzondere noch ongebruikelijke handeling.
Dat bleek anders wel bij salão de chá A Central de Baixa in de Rua Aurea (ook wel Rua de Ouro), de ‘racebaan’ die vanaf het Rossio plein naar de Taag loopt. Bijna een ceremonieel. Ik liep voorbij de juffrouw van de retirade naar de afdeling ‘homens’. Daar trof ik twee pissoirs en gesloten, bruine deur. Ik rammelde eraan. Maar ondanks het groene vlakje, dat naar ik toch aannam ‘vrij’ betekende, gaf de deur geen krimp. Ik wachtte even. Misschien was hij toch bezet. Of gaf het kleurtje precies het tegenovergestelde aan. Niet dus. De andere aanwezige meneer die slechts een kleine boodschap had te doen, meldde me dat ik bij de ‘senhora’ de sleutel moest halen. Zo gedaan.
De toiletjuffrouw pakte de sleutel, die aan een loodzwaar plankje vastzat uit haar schortzak en schoof vervolgens de bovenste lade van een antiekogend ladekastje open. Wie schetste mijn grote verbazing toen bleek dat de lade tot de rand toe gevuld was met keurig opgevouwen toiletpapiertjes. Afgerolde toiletrollen, telkens opgedeeld in pakketjes van vijf velletjes. Zorgvuldig telde ze er zes uit. Zes maal vijf velletjes was blijkbaar het rantsoen. Ik heb me maar niet zitten afvragen hoe de situatie zou zijn als je halverwege de ‘zit’ door de voorraad heen was. Na afloop gaf ik haar de sleutel terug, en 50 escudos. Bijna verrukt van die curieuze belevenis die wel zeventig cent waard was.
door drs. Leslie Leijenhorst