Tweede en laatste deel gedichten
Alvaro de Campos
In Nederland is Pessoa slechts bij een klein publiek bekend is. Veel, zeg maar gerust het leeuwendeel, van zijn werk werd vertaald door August Willemsen (1936 – 2007) die vorig jaar overleed.
Gruwelijke schoonheid
Het tweede en laatste deel met gedichten bevat meesterwerken van een ongekende soms gruwelijke schoonheid. De dandy, de sensationalistische schrijver en altijd verzorgde ‘dichter van de decadentie’ van de eerste bundel Gedichten (1913-1922) lijkt een grote inwendige ontwikkeling te hebben doorgemaakt. De stijl is poëtischer maar ook reflectiever. Een aanpak als ware hij een metafysische ingenieur. Deze meer bezonken, peinzende allure roept sterke overeenkomsten op met het werk van tijdgenoten elders in Europa zoals de Duitse schrijver Kafka, de Italiaanse dichter Pirandello en de Griekse dichter Kavafis. Na het verlies van zijn hartsvriend Sá Carneiro in 1916 en in 1925 van zijn moeder heeft Pessoa alleen nog zijn werk dat hem die steun geeft die hij nodig heeft om te overleven. Dat gegeven weerspiegelt zich bijvoorbeeld in de gedichten waar Campos ‘ de koffers van het zijn pakt’. Het boek is uitgegeven in een mooi, markant vierkant formaat. In dit tweede deel zijn 180 gedichten opgenomen, opgesplitst in twee delen. De metafysische ingenieur beslaat de periode 1923 -1930. De tweede periode – De ingenieur gepensioneerd – bevat de gedichten die hij schreef tot aan zijn dood in 1935, waarin onder meer In de ruime eetkamer van mijn oude tantes uit 1933. Dit gedicht gaat over de ‘verschrikking’ dat men het geluk niet heeft gekend, terwijl men het misschien wel heeft ervaren zonder het te weten en de klok de tijd langzaam wegtikt. Op de linkerpagina staat telkens de oorspronkelijke Portugese versie, op de rechterzijde de vertaling van Willemsen. Daarnaast vermeldt het boek een vijftal gedichten van onzekere herkomst. Een van meest memorabele en bovenal lange gedichten schreef hij op 15 januari 1928: Sigarenwinkel.
“Ik glimlach om de voorkennis van al het niets dat ik zal zijn …
In elk geval, ik glimlach; glimlachen is altijd iets”
(uit: 59 Bijna)
Laatste hand
Maar lees beslist ook eens Aan het stuurwiel van de Chevrolet over de weg naar Sintra, Gedicht van het Lied van de Hoop en En ik die dronken ben van al het onrecht op de wereld. Al weer lang geleden schreef August Willemsen als introductie op het werk van de Portugese woordenkunstenaar Het ik als vreemde. Willemsen had bij zijn overlijden op 28 november van het afgelopen jaar al de laatste hand gelegd aan de vertaling van dit tweede deel van de gedichten. De tekst is voorzien van een commentaar en een nawoord van de vertaler.
Alvaro de Campos (Fernando Pessoa)
De metafysische ingenieur en andere gedichten 1923 – 1935
Uitgeverij De Arbeiderspers
ISBN 978 9029 56653 7
Prijs: 39,95 EUR
557 p.
(3 augustus 2008, Leslie Leijenhorst)