Het Schrijflokaal

Hotel uit de koker van een etnograaf

A D R E S O N B E K E N D : H O T E L H E L L S T é N
Hotels heb je in alle vormen en maten. En hotels worden ook gerund door mensen van allerlei pluimage. De zoveelste telg uit een hoteliersgeslacht, een op carrière gerichte afgestudeerde van een van de hogere hotelscholen, of afkomstig uit een compleet andere hoek. Per Hellstén is zo’n hotelier die in de laatste categorie valt. Opgeleid als etnograaf, lang journalist en fotograaf in Afrika geweest. Tientallen jaren runde hij een reclamebureau dat ook internationale campagnes deed. En nu net in zijn vroege jaren zestig hotelier geworden. “Ik wilde iets compleet anders.”

De mooiste kamers zijn ingericht met sfeervol

Per doet in wezen niets anders dan wat zijn betovergrootvader wilde realiseren. Een klein hotel in Stockholm openen. Carl Hellstén verhuisde in 1870 met zijn familie van Ljusnarsberg in Västmanland, het ‘län’ (vergelijkbaar met onze provincie) in Midden-Zweden ten westen van Stockholm, naar de hoofdstad om zijn kinderen de kans te geven op een behoorlijke opleiding. Op het platteland hoefde hij daar niet op te rekenen. Het land is immens en de afstanden waren toen veel moeilijker te overbruggen dan nu.

Hotel_Hellsten6.lores

plattelandsantiek en souvenirs van verre horizonten

Zaadjes
In zijn vorige leven was Hellstén een heuse beroepshotelgast. “Ik had wel tweehonderd dagen per jaar in een hotel kunnen logeren. Dus ik weet in ieder geval hoe een hotel er niet uit moet zien.” In de jaren zeventig deed hij jarenlang onderzoek in Kenia. Hij logeerde er meer dan een jaar bij een kolonistenechtpaar, Don en Sue Osmond, in Nairobi. Hier moeten een aantal van die zaadjes zijn gelegd die leidde tot het uitvoeren van dit nieuwe project. “Zo moest een hotel zijn, zo moest je je voelen.”

“Een oud kolonistenechtpaar in Nairobi bracht hem op het idee ooit een hotel te gaan runnen.”

Overbuurman

(Foto's: Hotel Hellstén)

(Foto’s: Hotel Hellstén)

Zoals met veel van dit soort projecten dreigde er even een flinke kink in de kabel te komen. Toen hij in 2003 druk bezig was met de verbouw van zijn eigen pand tot hotel, ging ineens het gerucht dat de eigenaar pal aan de overkant ook van plan was een hotel in zijn pand te huisvesten. Dat was een stevige tak tussen de spaken van het wiel. Hij besloot de man een aanbod te doen. En vroeg of hij het mocht kopen, op de voorwaarde dat hij de bestemming van het gebouw mocht veranderen. Soms moet een mens geluk hebben. De toestemming van de gemeente was er binnen een maand, terwijl hij vier jaar bezig was om de vergunning voor zijn eigen hotel binnen te slepen.

Constructiemanager
De hotelier besloot eerst in het tweede verworven gebouw een eenvoudiger hotel te openen. Uiteindelijk was Hellstén een droom die bewaarheid moest worden. En in etappes opgeleverd zou worden. Daar wilde hij de tijd voor nemen. Als het moest een paar jaar. Het hotel aan de overzijde opende als Hotel Rex met 32 kamers. Simpel Rex, passend bij het concept. “Je hebt overal ter wereld hotels Rex. Alleen deze is fris en modern. “Hotel Rex is voor een overnachting, Hellstén voor een belevenis,” zegt de ex-reclameman die nu tijdens de verbouwing zich ook opwierp als constructiemanager. En achteraf gezien had de acquisitie op termijn ook nog bedrijfseconomische voordelen, door de schaalvergroting. Want voor de rest verschillen beide hotels aanzienlijk van sfeer en stijl. “Je hoeft nu veel minder snel nee te zeggen, en kunt kamers in het drie- en het viersterrensegment aanbieden.”

‘Kakelugnar’
Hotel Hellstén, net als Rex, ligt in een gewone rustige straat met onopvallende gevels in een van de wijken net ten noorden van het centrum, vlakbij de brede Sveavägen, een bijna Parijse avenue die het centrum met de noordelijke uitvalsroute verbindt. De buurt ontstond in de tweede helft van de negentiende eeuw. Wie eenmaal de poort van het pand door is (vroeger kwamen hier koetsen met paarden naar binnen), weet je dat een gevel een compleet verkeerde indruk kan geven. Het gebouw dateert uit 1898. Zo een met appartementen waarin de middenklasse van die tijd woonde als ze in een grote stad woonde. Bij het ombouwen tot hotel liet de stichter en tevens deels ook ontwerper de oude stijl van de typische bourgeois ‘flats’ zo veel mogelijk in tact. Zo maken typische stijlkenmerken als houten paneeldeuren, stucco plafonds en plankenvloeren, die onder vele lagen linoleum vandaan kwamen, nog altijd deel uit van de inrichting. Maar wellicht nog het meest in het oog springend zijn de twaalf kamers met de zogenoemde ‘kakelugnar’, de Zweedse stijl tegel of porseleinen kachels. In de kamers op de bovenste etage zijn de hanenbalken zichtbaar gehouden.

“In de bar hangen foto’s die door de hoteleigenaar zijn gemaakt in de periode voor 1982.”

Flamboyant
Bont en uitbundig, persoonlijk en soms eclectisch. Alle kamers, tachtig in totaal, zijn individueel ingericht, afhankelijk van de locatie in het gebouw en de vorm. Daardoor is bijna geen kamer identiek. Sommige kamers zijn deels ingericht met antiek. In de ene kamer trekt boerenantiek uit provincies als Dalarna en Uppland de aandacht. In een andere is duidelijk een Aziatische, of niet vreemd overigens een Afrikaanse, toets die overheerst. Opvallend is evenzeer het flamoyante rood dat in tal van kamers op wanden en in bekledingstoffen terugkeert. Niet het rood van de bloesem van de flamboyantboom, die je veel in de tropen ziet, maar dat van een hoerenkast. Want ooit zat in dit pand lange tijd een bordeel. Tegelijkertijd zijn alle kamers voorzien van eigentijds comfort variërend van tv en breedband tot handdoekenverwarming. De badkamers zijn betegeld met een bijzondere rijke maar ruwe antracietgrijze steen. Karystos. Deze leisteen komt uit een groeve op het Griekse eiland Evia waarvan Hellstén de eigenaar persoonlijk kent.

Cartier-Bresson
Het is niet aan iedereen gegeven om een mooi en succesvol hotel in te richten én te runnen. Voor de nieuwbakken hotelier is het belangrijk met vastgeroeste concepten te breken. “Het slechten van barrières leidt tot verrassende uitkomsten. Een hotel moet niet de suggestie wekken dat het gezellig, knus en uitnodigend is, maar moet het ook echt zijn.” Daarom legt hij veel nadruk op vrolijk en opgewekt personeel. En heeft meer op met een persoonlijke benadering dan de strikte formaliteit die je vaak in vier en vijf sterrenhotels aantreft. “Ik ben er trots op dat zijn zeer competente staf zijn gasten als de aardigste mensen van de stad beschouwd.” Is dat niet een beetje over het randje? In de bar hangen foto’s die door de hoteleigenaar  zijn gemaakt in de periode voor 1982. Een beetje in de stijl van Cartier Bresson. Stemmig zwart-wit maar ongekend, of juist daardoor, pakkend. Met mensen en straatbeelden in Londen en Parijs, toch evenzeer in Zweden en Noord-Afrika. Een restaurant is er niet. “Waarom zou je zo nodig een eigen restaurant moeten hebben als er op een paar minuten lopen een waaier van zo’n vijftig restaurants en eethuisjes in diverse categorieën en stijlen zijn,” is de opvatting van Hellstén.

“Daarom legt hij veel nadruk op vrolijk en opgewekt personeel.”

Hier geen hoge balie maar een oude dinertafel zodat de afstand tussen personeel en gasten afneemt. Toch was die tafel bij het laatste bezoek overigens weer verdwenen. Soms zul je omwille van een praktische overweging een deel van je idealistische motieven moeten laten varen. “Je moet een thuis creëren, je gasten gratis internet bieden, niet voor elke dienst extra laten betalen. Dat heeft weinig te maken met het concept waarop deze sector draait: hospitality. Dus gastvrijheid. Die is in veel hotels vaak ver te zoeken.”

Buurtwinkels
In Hellstén kom ik graag terug. Een heerlijk tijdelijk onderkomen, temidden van een rustige en plezierige woonwijk met de buurtwinkels en cafés om de hoek. En toch centraal gelegen. Metrostation Rådmansgatan ligt op nog geen vijf minuten wandelen, en het centrum op slechts vier, vijf haltes verwijderd. Die afstand is net zo goed te bewandelen, na een avondje uit, als een mooi en gezond nachtmutsje. Hellstén is groot genieten, thuiskomen in den vreemde en tegelijkertijd een esthetische ervaring.

Hotel Hellstén, Luntmakargatan 68, S-113 51 STOCKHOLM,  T +46 (0)8 661 86 00, F +46 (0) 8 661 86 01,
E hotel(at)hellsten.se,
I www.hellsten.se

(6 juni 2007, door Leslie Leijenhorst)